Door ‘Wat moet ik doen om zalig te worden’ werden al honderdduizenden gered

‘Wat moet ik doen om zalig te worden?’, vroeg de gevangenisbewaarder in Filippi aan Paulus nadat hij even daarvoor een aardbeving had overleefd.
De vraag is in de eeuwen nadien door heel veel mensen wereldwijd herhaald. Ook Anno Domini 2024 stellen jongeren en ouderen de vraag hoe ze de zaligheid kunnen krijgen. Het antwoord staat direct achter de vraag. ‘Geloof in de Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden’, zegt Paulus tegen de man. Maar dat blijkt voor velen gemakkelijker gezegd dan gedaan. Want hoe moet je eigenlijk geloven?

John Angell James (1785-1859) kende de vraag ook. Om zoekende mensen te helpen, schreef hij een compleet boekje. Daarin behandelt hij de noodzaak van bekering en geloof, wat geloof nu precies is en met welke dwalingen, twijfels en bestrijdingen een zoeker van de zaligheid te maken kan krijgen.
Door de eeuwen heen was het boekje voor honderdduizenden een middel om vrede met God te vinden. Het boekje, dat dus zegen droeg, werd vertaald in diverse talen. Dominee P.J.L. Huët verzorgde in de 19e eeuw een Nederlandse vertaling.

De hertaling is iets toegankelijker dan de oude tekst, en net zo getrouw en indringend als eerdere uitgaven.

Die Nederlandse vertaling werd in 1990 nog eens uitgegeven; ds. W. Pieters voorzag de nieuwe uitgave van een voorwoord. Toen het boekje was uitverkocht, verdween het van de markt. Dat was jammer, want met zijn praktische en pastorale uitleg van bekering en geloof probeerde John Angell James zijn lezers echt tot Christus te leiden en af te zien van alles wat bij Hem vandaan houdt. (In zijn voorwoord schreef de Engelse predikant dat lezers zijn boekje niet mogen lezen in plaats van de Bijbel. En zijn adviezen om biddend kleine stukjes te lezen en die te overdenken, getuigen van geestelijke wijsheid.)

Uitgeverij Lucas Boeken uit Tholen besloot om de lacune niet te laten bestaan. Afgelopen zomer verscheen bij de uitgeverij daarom een nieuwe editie van het boekje, nu voorzien van een uitgebreide inleiding door ds. P. de Vries. D.J. Doorn moderniseerde de oorspronkelijke vertaling van dominee Huët en voegde tussenkopjes en voetnoten toe. De hertaling is iets toegankelijker dan de oude tekst, maar volgt deze nog steeds op de voet. Daardoor is hij net zo getrouw en indringend als eerdere uitgaven, zoals de editie uit 1990.
Zelfs al was de tekst ongewijzigd gebleven (wat ongetwijfeld de drempel om het boekje te lezen had verhoogd), dan was het boekje nog even belangwekkend. Maar nu het in een iets eigentijdsere variant is verschenen, kan niemand zeggen dat het te moeilijk of onbegrijpelijk is. Daarom: aanbevolen – voor de lezer zelf of als geschenk aan zoekende en niet-zoekende zielen.

(Deze recensie verscheen in de Veluwse Kerkbode.)